Stokslabonen - Mechelse Tros
Zaaien in de vollegrond vanaf half mei tot juli. De eenvoudigste teeltwijze is door (tonkin) stokken te plaatsen in rijen. Per stok legt men 4/5 bonen (ca. 3 cm diep). Mechelse trosjes zijn smaakvolle fi jne enkele prinsessen-boontjes.
100 gram zaad is voldoende voor een rij van ca. 45 meter.
Extra informatie
Stokslabonen, Mechelse Tros is een enkele stokslaboon met een heel fijne peul en een uitstekende smaak. De draadloze peulen groeien in flinke trossen. Dit ras is zowel voor vroege als late uitzaai geschikt en voldoet prima voor bewaring in de diepvriezer.
Zaaien: stoksnijbonen worden tegen klimstokken geteeld die meestal gekruist in rijen worden gezet, liefst in noord-zuid richting. Zet de stokken in rijen op 120 cm van elkaar en houd 40 cm tussen de stokken in de rij aan. Leg rond iedere stok 4 bonen, ca. 3 cm diep. Doe dit in de vollegrond tussen half mei en half juli. Bonen hebben voldoende warmte nodig en matig vochtige grond. Bij nat en koud weer kiemen de bonen slecht. Daarom moet u niet eerder zaaien dan hier is aangegeven. Gebruik vooral geen verse stalmest.
Oogst : afhankelijk van de zaaitijd kunt u vanaf juli tot oktober oogsten. Geschikt voor invriezen.
Productkenmerken
Vrij kleine boontjes, die in trosjes groeien
Mechelse tros is rijkdragend
Peulen zijn dunvlezig en iets afgeplat
Periodes |
Zaaitijd buiten van | mei |
Zaaitijd buiten tot | juli |
Oogsttijd van | juli |
Oogsttijd tot | september |
Advies en tips |
Zaaiadvies | direct in vollegrond |
Verzorgingsadvies | laat langs tonkinstokken opgroeien |
Zaadkenmerken |
Zaden per gram | 4 |